• Bösendorfer

Bösendorfer

De Bösendorfer fabriek werd in juli 1828 in Wenen opgericht door Ignaz Bösendorfer. Hij investeerde 500 Gulden in zijn bedrijf dat hij in 1859 met een waarde van 145.000 Gulden aan zijn zoon nalaat.

In 1867 nam hij deel aan de wereldtentoonstelling in Parijs. Ook voor Bösendorfer gold dat zijn instrumenten via deze weg internationale faam bewerkstelligden. De Oostenrijkse keizerin Elisabeth, oftewel ‘Sissi’, was zo onder de indruk dat ze een Bösendorfer vleugel bestelde als persoonlijk cadeau aan Franse keizerin Eugenie.


Rond 1900 kwam de Italiaanse componist Ferruccio Busoni met het verzoek om een speciaal instrument te bouwen. Hij was de beroemde orgel werken van J.S. Bach aan het transcriberen en miste bereik op de vleugel. Ludwig Bösendorfer, de zoon van Ignaz, nam de uitdaging aan en bouwde de Bösendorfer Concert Grand 290, later de Imperial genoemd. Het is tot op de dag van vandaag de enige vleugel met een bereik van exact 8 octaven.

In tegenstelling tot andere fabrikanten maakte Bösendorfer ook de kast van klankhout in plaats van alleen de zangbodem.

Gedurende de Tweede Wereldoorlog werd de houtvoorraad van de fabriek ernstig beschadigd door bombardementen. Later gebruikten de geallieerden de overgebleven vleugels in de showroom van de fabriek als brandhout.